De eerste week van het tweede semester zit er alweer op en ik heb ondertussen al een aantal nieuwkomers leren kennen. De eerste nieuwkomers die ik ontmoette, waren twee Italianen van Sardinië. Ze waren zeer vriendelijk, maar helaas spraken ze enkel Italiaans. Op die momenten realiseert een mens zich dat hij meer talen spreekt dan hij zou denken. Met een beetje goede wil bleek ik zelfs Italiaans te verstaan! We zijn dan maar samen naar een pizzeria gegaan, zo wisten ze tenminste wat ze op hun bord zouden krijgen.
Net als vorig semester heb ik ook heel wat leuke Duitsers leren kennen. De meesten van hen studeren eveneens Pools en samen spreken we een mengeling van Engels, Duits en Pools. Gisterenavond waren we gezellig samen een typisch Poolse drank aan het nuttigen, toen één van hen telefoon kreeg. Claire en ik dachten dat het Pools was wat ze sprak, maar we verbaasden ons over het veel te Duitse accent, waardoor haar taaltje haast geen Pools meer leek… Maar goed, daar durfden we niet meteen iets van zeggen.
Even later ontdekten we echter dat ze aan telefoon geen Pools had gesproken, maar dat ze afkomstig was uit Neder-Sorbië. Dat slechte Pools dat ze zopas had gesproken bleek dus Sorbisch te zijn!! Voor iedereen die geen “Inleiding tot de Slavische Wereld” heeft gehad, zal ik even toelichten wie de Sorben zijn…
De Sorben zijn West-Slaven die in het noordoosten van Duitsland wonen, in de streek rond Brandenburg en Saksen. Ze zijn slechts met zo’n 10 000 personen die Sorbisch als moedertaal spreken en dan zijn die nog eens opgedeeld in Oppersorben en Nedersorben. Hun taal heeft invloeden van het Pools, Tsjechisch en Slowaaks, maar hun accent doet aan het Duits denken. Hun taal is een officiële taal in Duitsland. Bijna alle Sorben zijn echter tweetalig en spreken ook vloeiend Duits.
Ik voel me nu toch wel een klein beetje vereerd dat ik voortaan iemand van dit zeldzame volk tot mijn vrienden mag rekenen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten